1990

Gedenkboek

110 jaar RijksHBS

blad 18

A. Van gemeente naar rijk ....

Het voornemen tot overdracht van het bestuur over de rijksscholen werd in september 1986 bekendgemaakt. In de Memorie van Toelichting met betrekking tot Hoofdstuk VIII van de Rijksbegroting voor het Dienstjaar 1987 werd voorgesteld de taak van bevoegd gezag over de rijksscholen voor voortgezet onderwijs af te stoten en overleg te openen met de gemeenten inzake overdracht van de bestuursverantwoordelijkheid voor deze scholen (13).
Op 17 januari 1987 voerde de Vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen van de Tweede Kamer mondeling overleg met mevrouw Ginjaar, staatssecretaris van 0 & W. Een meerderheid van de commissie toonde zich gematigd positief over het kabinetsvoornemen om de rijksscholen over te dragen aan de gemeenten. Maar er waren ook kritische geluiden te horen. De zwaarste kritiek kwam van de VVD. Volgens haar woordvoerder, de heer Franssen, was er sprake van een overval, omdat er in het vigerend regeerakkoord geen woord aan was gewijd. Ondeugdelijk vond hij ook de motivering van het regeringsvoor-nemen. Hij had sterk de indruk, dat er andere faktoren in het spel waren, die van doorslaggevende betekenis waren geweest, daarmee doelend op de werklast van het departement. Grote vraagtekens zette hij bij de taak en funktie van de proces-coördinator, dr. H.P.A. Oskamp (helaas onlangs overleden) en van de begeleidingscommissie. Indien tot overdracht zou worden besloten, dan moest volgens hem de bestuursvorm sui generis, naar het model van de HBO-wet als reëel alternatief voor het bestuur door de gemeenten bespreekbaar blijven.
Concluderend stelde hij, dat de VVD niet gelukkig was met een gedwongen overdracht van de 54 rijksscholen, maar uiteraard wel positief stond tegenover een vrijwillige overdracht.
De andere frakties waren aanzienlijk milder in hun oordeel en ondersteunden het beleidsvoornemen van de regering. De staatssecretaris deed overigens wel de toezegging om in september 1987 de commissie te rapporteren over
1. de werkzaamheden van de procescoördinator;
2. de rechtspositie van het personeel;
3. de medezeggenschap bij de gehele besluitvorming;
4. de gebouwen en eigendomssituatie.
In haar antwoord ging mevrouw Ginjaar dieper in op de achtergronden voor de overdracht. Zij wees er de commissie-leden op, dat het regeerakkoord weliswaar geen expliciete passage over de overdracht van rijksscholen bevatte, maar wel heel duidelijk en uitvoerig was over het te voeren decentralisatie-beleid.